Resultaat+
De Stichting Museumkaart sluit het kalenderjaar 2020 af met een negatief resultaat van € 3.587.824 (2019: een negatief resultaat van € 965.016). Dit resultaat weerspiegelt de consequenties van de COVID pandemie op de resultaten van SMK . Het bestuur heeft ervoor gekozen om bij een scherp dalend bezoek de bezoekvergoeding op het niveau van 2019 te houden.
De jaarrekening is opgesteld in overeenstemming met in Nederland algemeen aanvaarde verslaggevingsregels, waaronder in de “Richtlijnen voor de jaarverslaggeving” opgenomen richtlijn 640.
De coronacrisis met meerdere sluitingen van musea en coronabeperkende maatregelen, in combinatie met de algemene terughoudendheid van publiek om uitjes te ondernemen door zorgen om werk, inkomen en gezondheid, maakt dat de Museumkaart voor het eerst in jaren in omvang is afgenomen:
- Het aantal kaarten in omloop is in 2020 afgenomen met 5,0%;
- De bijna 1,3 miljoen kaarthouders hebben 5,0 miljoen bezoeken gebracht aan de meer dan 400 musea waar de Museumkaart geldig is ten opzichte van 9,3 miljoen bezoeken in 2019;
- De bezoekfrequentie van kaarthouders ligt op 3,6 in 2020 (6,7 in 2019);
- De gewogen gemiddelde toegangsprijs (excl. BTW) van het vol betalend bezoek steeg van € 11,0 in 2019 naar € 11,2 in 2020;
- De hoogte van de bezoekvergoeding voor Museumkaartbezoeken in 2020 is bepaald op 60% (in 2019: 62%) van de gemiddelde prijs van het vol betalend bezoek;
Kengetallen+
De financiële positie ultimo 2020 van de Stichting kan als volgt worden samengevat:
- Werkkapitaal, het verschil tussen de vlottende activa en de kortlopende schulden: € 7.205.861 (2019: € 10.793.685)
- Solvabiliteit, verhouding tussen eigen vermogen en totaal vermogen: 13% (2019: 15%)
- Current ratio, verhouding tussen vlottende activa en kortlopende schulden: 115% (2019: 118%)
In het jaar 2020 is besloten de musea financieel te ondersteunen, door eenmalig een voorschot op de bezoekvergoedingen ter beschikking te stellen. Een bedrag van € 10 miljoen werd ten tijde van eerste lockdown aan de musea uitbetaald. Dit voorschot wordt, naar verwachting, bij de afrekening bezoekersvergoeding 2021 in 2022 verrekend.
Jaarrekening 2019+
De jaarrekening 2019 is vastgesteld tijdens de bestuursvergadering van 25 mei 2020 en het bestuur heeft de bestemming van het resultaat vastgesteld conform het daartoe gedane voorstel.
Fiscale positie+
De Stichting Museumkaart (gevestigd in Amsterdam) staat ingeschreven in het Handelsregister onder nummer 41234676 en is aangemerkt als ondernemer in de zin van de Wet op de Omzetbelasting omdat zij deelneemt aan het economisch verkeer, een organisatie van arbeid en kapitaal is en streeft naar continuïteit.
De Stichting heeft sinds jaar en dag de status van Algemeen Nut Beogende Instelling (ANBI). De Geefwet bevat een aantal maatregelen die giften aan een door de Belastingdienst als culturele instelling aangemerkte ANBI extra aantrekkelijk maken. Die status is aan de stichting Museumkaart toegekend. Het eerder door de Stichting ingenomen standpunt dat geen vennootschapsbelasting is verschuldigd, is in oktober 2018 desgevraagd bevestigd door de Belastingdienst.
Continuïteit+
Kijkend naar de liquiditeit de beschikbare reserves en mogelijke scenario’s concludeert de Stichting Museumkaart dat er geen sprake is van materiële onzekerheid die gerede twijfel zou kunnen doen ontstaan over de continuïteit van het geheel van de werkzaamheden van de Stichting Museumkaart, ook al zullen de gevolgen van Covid 19 naar verwachting ingrijpend zijn voor de aangesloten musea. Eventuele negatieve resultaten kunnen worden opgevangen met de aanwezige reserves. Hoewel onzeker zijn wij op dit moment niet van mening dat de gevolgen van COVID-19 een materieel negatief effect zullen hebben op onze financiële conditie of liquiditeit.
Interne beheersing van processen en kwaliteit+
Risicomanagement en compliance maken vanzelfsprekend deel uit van de bedrijfsvoering bij Stichting Museumkaart. Het gaat vooral om de verwerking van privacygevoelige informatie en van financiële data van particulieren en musea. Het risico op datalekken en daarmee op reputatieschade voor de Museumkaart, de Museumvereniging en vooral ook voor de musea zelf is inherent aanwezig. Met de invoering van een profielfoto op de kaart en van een tijdelijke kaart waarmee maximaal vijf bezoeken in 31 dagen kunnen worden gebracht, is de kans op oneigenlijk gebruik door anderen dan de kaarthouders sterk afgenomen. De indruk bestaat dat deze maatregelen doeltreffend zijn; zij worden dan ook voortgezet.
Het beschrijven van interne procedures heeft in 2020 verder vorm gekregen. Ook in 2021 behoeft het aanscherpen en formaliseren van deze interne procedures onze aandacht. Overigens vinden we de interne beheersing van voldoende niveau en passend bij een organisatie van deze omvang.
Op maandelijkse basis wordt de realisatie in de vorm van managementrapportages in beeld gebracht en worden risico’s gewogen. De rapportage wordt door de controller diepgaand besproken met de directeur en geagendeerd in de financiële commissie. De financiële commissie, bestaande uit; twee bestuursleden, de controller en de directie, staat onder voorzitterschap van de penningmeester en houdt namens het bestuur een vinger aan de pols. De voortgang van het jaarplan is in de organisatie onderwerp van gesprek in periodieke, plenaire bijeenkomsten. Het voltallige bestuur wordt door middel van directieverslagen, die deel uitmaken van de vergaderstukken, rechtstreeks geïnformeerd.
Gebeurtenissen na balansdatum+
Er hebben zich geen gebeurtenissen na balansdatum voorgedaan die betrekking hebben op de toestand per balansdatum en die toelichting behoeven.
Externe accountant+
Het bestuur heeft PricewaterhouseCoopers Accountants N.V. als externe accountant herbenoemd voor de controle van de jaarrekening 2020.
Balans per 31 december 2020+
Activa |
2020 |
2019 |
|
€ |
€ |
Vorderingen |
7.256.087 |
1.814.916 |
Liquide middelen |
48.859.102 |
69.180.697 |
Passiva |
2020 |
2019 |
|
€ |
€ |
Algemene reserve |
0 |
0 |
Continuïteitsreserve |
1.400.000 |
1.400.000 |
Bestemmingsreserve |
5.805.861 |
9.393.685 |
Staat van baten en lasten over 2020+
|
2020 |
2020 |
2019 |
|
Realisatie (in €) |
Begroting (in €) |
Realisatie (in €) |
Financiële baten |
503 |
5.000 |
1.239 |
Algemene reserve |
-0 |
0 |
0 |
Continuiteitsreserve |
0 |
0 |
0 |
Bestemmingsreserve bezoekvergoedingen |
-3.672.211 |
-957.000 |
119.381 |
Bestemmingsreserve Museumweek |
0 |
0 |
0 |
Bestemmingsreserve tender + doorontwikkeling MK |
84.387 |
0 |
-1.084.387 |
Bestemmingsreserve IT Backoffice |
0 |
0 |
0 |
Bestemmingsreserve actualisering prijsgrondslag |
0 |
0 |
0 |
Kasstroomoverzicht+
|
2020 |
2019 |
|
€ |
€ |
Exploitatieresultaat |
-3.588.327 |
-966.244 |
Aanpassingen voor: | | |
Afschrijvingen en overige waardeverminderingen |
0 |
0 |
Mutaties voorzieningen |
0 |
0 |
Verandering in werkkapitaal: | | |
Voorraden |
0 |
0 |
Vorderingen |
-5.441.171 |
159.193 |
Kortlopende schulden |
-11.292.600 |
7.530.996 |
Kasstroom uit bedrijfsoperaties |
-20.322.098 |
6.723.945 |
Ontvangen interest |
503 |
1.239 |
Betaalde interest |
0 |
0 |
Kasstroom uit operationele activiteiten |
-20.321.5956 |
6.725.184 |
Desinvesteringen materiële vaste activa |
0 |
0 |
Investeringen materiële vaste activa |
0 |
0 |
|
|
|
Netto kasstroom |
-20.321.595 |
6.725.184 |
Koers- en omrekeningsverschillen op geldmiddelen |
0 |
0 |
Toenemen/afname geldmiddelen |
-20.321.595 |
6.725.184 |
Het verloop van de geldmiddelen is als volgt: | | |
Stand per 1 januari |
69.180.697 |
62.455.514 |
Mutatie boekjaar |
-20.321.595 |
6.725.183 |
Algemene toelichting+
De Museumkaart wordt uitgegeven door de Museumvereniging die de exploitatie van de kaart heeft ondergebracht in Stichting Museumkaart. De stichting heeft volgens zijn statuten ten doel zorg te dragen voor een gezonde uitbating van de Museumkaart waarbij de stichting zo veel mogelijk rekening houdt met de belangen van de aangesloten musea en de - potentiële - Museumkaarthouders.
Continuïteit
De jaarrekening is opgesteld op basis van de continuïteitsveronderstelling. In maart 2020 kreeg de Nederlandse samenleving te maken met een steeds grotere impact van de COVID-19 situatie. Hoewel nog steeds actueel en onzeker zijn wij op dit moment niet van mening dat degevolgen van COVID-19 een materieel negatief effect zullen hebben op onze financiële conditie of liquiditeit.
Vestigingsadres, rechtsvorm en inschrijfnummer handelsregister
De Stichting Museumkaart is feitelijk gevestigd op Rapenburgerstraat 123, 1011 VL te Amsterdam is ingeschreven bij het handelsregister onder nummer 41234676.
Verbonden partijen
De Stichting Museumkaart is verbonden met de Museumvereniging. Het bestuur van de stichting is dezelfde als die van de vereniging. Hoewel de exploitatie van de Museumkaart is ondergebracht in de Stichting Museumkaart, voeren medewerkers van de Museumvereniging de werkzaamheden uit. De Museumvereniging brengt hiervoor kosten in rekening aan de stichting. De jaarrekening van de Stichting Museumkaart is opgenomen in de geconsolideerde jaarrekening van de Museumvereniging te Amsterdam. Transacties van betekenis met verbonden partijen worden toegelicht voor zover deze niet onder normale marktvoorwaarden zijn aangegaan. Hiervan wordt toegelicht de aard en de omvang van de transactie en andere informatie die nodig is voor het verschaffen van het inzicht.
Vergelijking met voorgaand jaar
De gehanteerde grondslagen van waardering en van resultaatbepaling zijn ongewijzigd gebleven ten opzichte van het voorgaande jaar.
Schattingen
BBij toepassing van de grondslagen en regels voor het opstellen van de jaarrekening vormt de leiding de Stichting Museumkaart zich verschillende oordelen en schattingen die essentieel kunnen zijn voor de in de jaarrekening opgenomen bedragen. Indien het voor het geven van het in artikel 2:362 lid 1 BW vereiste inzicht noodzakelijk is, is de aard van deze oordelen en schattingen inclusief de bijbehorende veronderstellingen opgenomen bij de toelichting op de desbetreffende jaarrekeningposten.
Vreemde valuta
De jaarrekening is opgesteld in euro's; dit is zowel de functionele als de presentatievaluta van de Stichting Museumkaart.
Kasstroomoverzicht
Het kasstroomoverzicht is opgesteld volgens de indirecte methode. De geldmiddelen in dat overzicht bestaan uit liquide middelen. Ontvangsten en uitgaven uit hoofde van interest zijn opgenomen onder de kasstroom uit operationele activiteiten.
Gebeurtenissen na balansdatum
Gebeurtenissen die nadere informatie geven over de feitelijke situatie per balansdatum en die blijken tot aan de datum van het opmaken van de jaarrekening worden verwerkt in de jaarrekening. Gebeurtenissen die geen nadere informatie geven over de feitelijke situatie per balansdatum worden niet in de jaarrekening verwerkt. Als dergelijke gebeurtenissen van belang zijn voor de oordeelsvorming van de gebruikers van de jaarrekening, worden de aard en de geschatte financiële gevolgen ervan toegelicht in de jaarrekening als 'Gebeurtenissen na balansdatum'.
Grondslagen+
Grondslagen voor waardering van activa en passiva
De jaarrekening is opgesteld in overeenstemming met in Nederland algemeen aanvaarde verslaggevingsregels, waaronder de in de “Richtlijnen voor de jaarverslaggeving” opgenomen richtlijn 640. Activa en verplichtingen worden in het algemeen gewaardeerd tegen de verkrijgings- of vervaardigingsprijs of de actuele waarde. Indien geen specifieke waarderingsgrondslag is vermeld vindt waardering plaats tegen de verkrijgingsprijs. In de balans, de winst-en-verliesrekening en het kasstroomoverzicht zijn referenties opgenomen. Met deze referenties wordt verwezen naar de toelichting.
Vorderingen
Vorderingen worden bij eerste verwerking gewaardeerd tegen de reële waarde van de tegenprestatie. Vorderingen worden na eerste verwerking gewaardeerd tegen de geamortiseerde kostprijs. Als de ontvangst van de vordering is uitgesteld op grond van en verlengde overeengekomen betalingstermijn wordt de reële waarde bepaald aan de hand van de contante waarde van de verwachte ontvangsten en worden er op basis van de effectieve rente rente-inkomsten ten gunste van de winst-en-verliesrekening gebracht. Voorzieningen wegens oninbaarheid worden in mindering gebracht op de boekwaarde van de vordering.
Liquide middelen
Liquide middelen bestaan uit banktegoeden en direct opeisbare deposito's met een looptijd korter dan twaalf maanden. Liquide middelen worden gewaardeerd tegen de nominale waarde.
Eigen Vermogen
Het eigen vermogen van de stichting bestaat uit reserves. Het bestuur van de Stichting Museumkaart heeft een deel van de reserves afgezonderd voor een een bepaald doel zijnde de bestemmingsreserves.
Kortlopende schulden
Kortlopende schulden worden bij de eerste verwerking gewaardeerd tegen reële waarde. Kortlopende schulden worden na eerste verwerking gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs.
Grondslagen voor bepaling van het resultaat
De jaarrekening is opgesteld in overeenstemming met in Nederland algemeen aanvaarde verslaggevingsregels, waaronder de in de “Richtlijnen voor de jaarverslaggeving” opgenomen richtlijn 640.
De resultaten worden verantwoord op het moment van levering van prestaties. De baten en lasten worden, met inachtneming van de hiervoor vermelde waarderingsgrondslagen, toegerekend aan de perioden waarop ze betrekking hebben.
Het resultaat wordt bepaald als het verschil tussen de opbrengstwaarde van de geleverde prestaties en de kosten en andere lasten over het jaar. De opbrengsten op transacties worden verantwoord in het jaar waarin zij zijn gerealiseerd.
Baten
De baten zijn gewaardeerd tegen reële waarde en zijn tegen de reële waarde verwerkt in de staat van baten en lasten.
Netto-omzet omvat de opbrengsten uit levering van goederen en diensten en gerealiseerde projectopbrengsten uit hoofde van onderhanden projecten onder aftrek van kortingen en dergelijke en van over de omzet geheven belastingen.
Verkopen Museumkaart
Het opgenomen bedrag is berekend op basis van de activatiedatum van de in omloop zijnde Museumkaarten. Een tijdsevenredig deel van de opbrengst is als bate meegenomen.
Baten overige activiteiten
De baten inzake de activiteiten worden verantwoord in het jaar waarin de verkoop heeft plaatsgevonden.
Bijdragen derden
Bijdragen derden worden als baten verantwoord in het jaar waarin deze worden ontvangen.
Lasten
De lasten worden bepaald op historische basis en toegerekend aan het verslagjaar waarop zij betrekking hebben.
Bezoekvergoedingen
De bezoekvergoedingen worden als last genomen op basis van een overeengekomen gemiddelde toegangsprijs en het aantal in een jaar geregistreerde bezoeken dat met de Museumkaart is afgelegd. Het voorschot is bepaald op 50%. Het bestuur van de Stichting stelt na afloop van het jaar het definitieve uitkeringspercentage vast op basis waarvan per museum een eindafrekening wordt gemaakt en een verplichting wordt opgenomen.
Financiële baten en lasten
Rentebaten en rentelasten worden tijdsevenredig verwerkt, rekening houdend met de effectieve rentevoet van de desbetreffende activa en passiva.